Kunnen we Bijbelgedeelten die over Israël gaan op de Gemeente betrekken?


De Bijbel maakt ons duidelijk dat de Here God voor de toekomst nog een bijzonder plan heeft met Zijn verbondsvolk Israël. Veel christenen zijn echter een andere mening toegedaan en denken dat de Gemeente in plaats van Israël is gekomen, dat Israël heeft afgedaan en dat Bijbelgedeelten die over dit bijzondere volk gaan, nu van toepassing zijn op de Gemeente. Toch kun je veel Bijbelgedeelten uit het Oude Testament niet zomaar toepassen op de Nieuwtestamentische Gemeente.

In nummer 6 van Het Zoeklicht van dit jaar, werd een interessante vraag van een lezer beantwoord door Theo Niemeijer. 

Onlangs las ik in Jozua 1:9 het volgende: ‘Heb Ik u niet geboden: wees sterk en moedig? Sidder niet en wordt niet verschrikt want de Here uw God is met u, overal waar gij gaat’. Deze tekst is duidelijk bedoeld voor Jozua (en het volk Israël), maar ik ben geneigd – en velen met mij denk ik – deze tekst ook op mij persoonlijk toe te passen. Maar klopt dit wel? Hoe moeten we hier als christen mee omgaan? Ik vind dit namelijk erg lastig. 

Het antwoord:

Het is belangrijk te weten dat, vanaf Genesis 12, het hele Oude Testament over de geschiedenis van Israël gaat. Daarin vinden we vele afspraken die de Heere God met Israël gemaakt heeft en beloften die voor dit volk bedoeld zijn. Al deze afspraken en beloften kun je niet zomaar een-op-een op de kerk toepassen. Het is mooi om de honderdvijftig Psalmen in onze kerken te zingen, maar vergeet daarbij niet dat ze in de eerste plaats betrekking hebben op de relatie tussen Israël en de Heere God. Zo gaan de ‘Bedevaart liederen’ (Psalm 120 – 134) in de eerste plaats over het optrekken van Israël naar Jeruzalem en naar de tempel die daar stond. Deze Psalmen gaan dus niet primair over het optrekken van gelovigen naar de kerk. Bij de uitleg van deze Psalmen moet hier dus altijd rekening mee gehouden worden.

 Zo zien we dit ook in het boek Jozua. Wanneer staat: ‘Elke plaats die uw voetzool betreden zal, geef Ik u lieden’ (1:3), dan betekent dit nog niet, dat dit ook voor ons een aanleiding vormt om zogenaamde ‘gebedswandelingen’ te maken, waarbij we een gebied voor de Heere claimen en opeisen. Zo ook vers 8 waarin de Heere voorspoed belooft, wanneer we Zijn Woord lezen en gehoorzamen. Deze voorspoed en aardse zegeningen heeft de Heere inderdaad aan het volk Israël beloofd, wanneer ze Hem gehoorzamen (zie Deuteronomium 28), maar niet aan de gemeente! Aan de gemeente heeft Hij niet in de eerste plaats aardse- en stoffelijke zegeningen beloofd, maar veel meer geestelijke zegeningen. Vanaf het begin van de gemeente leed de gemeente ontbering en werd de gemeente vervolgd, juist omdat ze Hem gehoorzaam was!

Natuurlijk mogen wij als christenen veel leren van de wijze waarop de Heere met Zijn volk Israël omging, en dat nog steeds doet. Alles wat Israël meegemaakt heeft ‘is ons tot voorbeeld geschied’, lezen we in 1 Korinthe 10:6 en kunnen wij van leren. Wanneer de Heere Zijn volk in Jozua 1:9 oproept sterk en moedig te zijn, dan wordt dit in het Nieuwe Testament voor ons christenen door Paulus bevestigd, wanneer Hij schrijft dat wij geen geest van lafhartigheid, maar van kracht ontvangen hebben (2 Timotheüs 1:7). En heeft de Heere Jezus Zelf niet beloofd, ‘al de dagen tot aan de voleinding der wereld met ons te zijn’, net zoals de Heere met Zijn volk Israël beloofde te zijn? (Jozua 1:9)

Zo is het belangrijk te weten dat niet alles wat we in de Bijbel lezen ‘over ons’ gaat, maar wel ‘voor ons’ bedoeld is.

Reacties

  1. Interessant artikel (of antwoord op een vraag eigenlijk) Wendy. Ik ken deze redenering eerlijk gezegd niet. Ik heb altijd geleerd dat er 'logos' is (het geschreven woord) en 'rhema' (het levende woord). Alle teksten gaan inderdaad niet over ons maar zijn wel voor ons, en zo kan een geschreven tekst ineens levend worden gemaakt door de Heilige Geest en juist heel erg op onszelf van toepassing zijn. Ik denk daarbij ook aan 2 Timotheus 2:16-17.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik denk dat ik het toch wat anders zie Marja, maar verschil van mening mag er zijn. En ik denk dat je misschien een andere Bijbeltekst bedoelt?

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Ja hoor, verschil van mening mag er zeker zijn. Ik bedoel natuurlijk 2 Timotheus 3:16-17, excuses.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ja, zeker een mooie tekst. We hebben inderdaad de hele Bijbel gekregen om te onderzoeken.

      Verwijderen

Een reactie posten

Fijn dat je een reactie achterlaat. Deze wordt eerst gecontroleerd dus het kan even duren voor je hem terugziet onder het bericht.