Moet men om een geopende hemel bidden? Hoe lang moet je bidden om tot de Heer door te dringen? Dit zijn vragen die een christen helemaal niet hoeft te stellen.
Een stukje uit 'De middernachtsroep' van Norbert Lieth:
"Stel, een vrijgevige en rijke gastheer nodigt u uit voor een feestje op zijn landgoed. In de uitnodiging staat nadrukkelijk dat alles klaar is voor het feest, dat de deur vanaf 14.00 uur voor elke gast open staat en dat men gewoon binnen mag lopen. U komt op de aangegeven tijd aan, staat voor de open deur, maar schaamt zich om zomaar naar binnen te gaan. In plaats daarvan belt u de heer des huizes of hij niet de deur wil opendoen om u binnen te halen. Hoe zou de gastheer zich voelen? Zou hij uw gedrag honoreren? Zou hij niet denken dat u hem niet serieus neemt? Zou hij niet vol onbegrip en afkeurend zijn hoofd schudden?
Ik stel telkens vast - en betrap mezelf er ook al op - dat we in onze gebeden de neiging hebben om de Heer te bidden of Hij de hemel wil openen - voor het gebed, voor zegeningen, voor Zijn werkingen. Er zijn christenen die denken dat ze eerst net zo lang moeten bidden totdat ze zijn doorgedrongen. En pas als ze het gevoel hebben dat ze zijn doorgedrongen zijn ze gelukkig. Zo'n gebed mag oprecht zijn, het mag eerbiedig zijn, maar het is wel verkeerd, want we nemen Gods woord niet serieus.
Sinds de opstanding en de hemelvaart van onze Heer Jezus Christus staat de hemel voortdurend open. Op het moment dat we in Jezus bidden, Zijn Naam aanroepen, zijn we al met de eerste zin doorgedrongen en in Gods tegenwoordigheid gekomen. Of we dat voelen of niet maakt niet uit.
Wat Jezus met Zijn opstanding teweeg heeft gebracht is uniek. Dat bestond vroeger niet, dat bestaat nergens anders en daar moeten we in het geloof veel meer gebruik van maken."
Een stukje uit 'De middernachtsroep' van Norbert Lieth:
"Stel, een vrijgevige en rijke gastheer nodigt u uit voor een feestje op zijn landgoed. In de uitnodiging staat nadrukkelijk dat alles klaar is voor het feest, dat de deur vanaf 14.00 uur voor elke gast open staat en dat men gewoon binnen mag lopen. U komt op de aangegeven tijd aan, staat voor de open deur, maar schaamt zich om zomaar naar binnen te gaan. In plaats daarvan belt u de heer des huizes of hij niet de deur wil opendoen om u binnen te halen. Hoe zou de gastheer zich voelen? Zou hij uw gedrag honoreren? Zou hij niet denken dat u hem niet serieus neemt? Zou hij niet vol onbegrip en afkeurend zijn hoofd schudden?
Ik stel telkens vast - en betrap mezelf er ook al op - dat we in onze gebeden de neiging hebben om de Heer te bidden of Hij de hemel wil openen - voor het gebed, voor zegeningen, voor Zijn werkingen. Er zijn christenen die denken dat ze eerst net zo lang moeten bidden totdat ze zijn doorgedrongen. En pas als ze het gevoel hebben dat ze zijn doorgedrongen zijn ze gelukkig. Zo'n gebed mag oprecht zijn, het mag eerbiedig zijn, maar het is wel verkeerd, want we nemen Gods woord niet serieus.
Sinds de opstanding en de hemelvaart van onze Heer Jezus Christus staat de hemel voortdurend open. Op het moment dat we in Jezus bidden, Zijn Naam aanroepen, zijn we al met de eerste zin doorgedrongen en in Gods tegenwoordigheid gekomen. Of we dat voelen of niet maakt niet uit.
Wat Jezus met Zijn opstanding teweeg heeft gebracht is uniek. Dat bestond vroeger niet, dat bestaat nergens anders en daar moeten we in het geloof veel meer gebruik van maken."
Reacties
Een reactie posten
Fijn dat je een reactie achterlaat. Deze wordt eerst gecontroleerd dus het kan even duren voor je hem terugziet onder het bericht.