Een opgeruimd huis? Zó doe je dat


Word je regelmatig knettergek van al dat rondslingerende speelgoed en andere spullen? Lukt het je maar niet om de boel netjes te krijgen en te houden? Huishoudcoach Els Jacobs legt de vinger op de zere plek en geeft handige tips voor een opgeruimd huis. Dus geen excuus meer en hup; aan de slag. En de kinderen, die helpen gewoon mee.

Probleem 1: Ik heb geen tijd om op te ruimen
'Nieuwe rommel' heeft geen kans als je een dagelijks tienminuten-opruimrondje invoert. Reserveer bij opruimachterstanden per dag een kwartier voor het opschonen van 'oude troep'. Als je dat iedere dag trouw doet, besteed je per maand in totaal maar liefst acht uur aan het wegwerken van die achterstanden. En daar knappen je huis en jij zichtbaar van op.

Probleem 2: Ik weet niet waar ik moet beginnen
Begin altijd in een ruimte in huis waar je vaak komt en waaraan je je steeds opnieuw ergert: meestal is dit de woonkamer, keuken, gang of badkamer. Kies binnen die ruimte een plek van maximaal één kubieke of twee vierkante meter om je opruimpijlen op te richten. Schoon die plek vervolgens op: gooi weg wat weg kan (of breng het naar de Kringloopwinkel), vis de dingen eruit die elders in huis horen en cluster alle spullen die mogen blijven in logische categorieën. Geef de blijvertjes hun definitieve plek op die lekker lege meters.

Probleem 3: Ik weet wel hoe en begin steeds vol goede moed, maar ik houd het nooit vol
Waarschijnlijk neem je dan bij elke nieuwe opruimactie veel te veel hooi op je vork, waardoor je na afloop denkt: dit nooit weer! Houd je opruimacties beperkt qua tijd en plek, zodat je energie en zin overhoudt om er een volgende keer weer tegenaan te gaan. En wen jezelf eraan om steeds een flinke spreekwoordelijke schijnwerper te zetten op elke positieve verandering die je eigenhandig teweegbrengt. Dat motiveert je om door te gaan en steeds opnieuw een stapje in de goede richting te zetten.

Probleem 4: Ik kan nooit iets weggooien
Troost je: je bent niet de enige. In een gemiddeld huishouden wordt zo'n 70 procent van de huisraad en inboedel niet of nauwelijks gebruikt. Dat staat dus gewoon stof te happen en ruimte in te nemen. Er zijn maar drie soorten spullen die je zou moeten bewaren: spullen die je echt gebruikt, spullen die jouw leven makkelijker of leuker maken en spullen die jij kan en wil onderhouden. Kort samengevat: bewaar alleen spullen die je blij maken.

Probleem 5: Ik verschuif de troep alleen maar
Opruimen is beslissingen nemen: beslissingen over welke spullen jou helpen en welke spullen jou dwarszitten in het dagelijks leven. Zolang je geen knopen doorhakt, blijven bepaalde zaken een rondzwervend bestaan leiden. Maar wanhoop niet... het grappige van dergelijke nomadische voorwerpen is dat je ze meestal heel makkelijk in twee groepen kunt indelen: het zijn óf spullen die veel gebruikt worden en belangrijk voor je zijn, maar die nog geen vaste plek hebben veroverd in je huis, óf spullen waarvan je diep in je hart wel weet dat ze weg kunnen maar die je moeilijk los kunt laten. Vraag jezelf bij rondzwervende spullen dus af of ze een 'lust' of 'last' zijn. En je raadt het al: van spulletjes met het predicaat 'last' kun je je maar beter zo snel mogelijk ontdoen.

Probleem 6: Mijn kinderen weigeren mee te helpen
De sleutel om kinderen aan het opruimen te krijgen, bestaat uit een combinatie van het goede voorbeeld geven, zelf meewerken en het opruimwerk voor hen in duidelijke, kleine taken verdelen.
Geef je kind eventueel een keus: 'Doe jij liever de knuffels of je kleren?' en voer zelf een van de overgebleven taken uit. En na afloop? Samen iets leuks doen als beloning!

Meer tips vind je in Els Jacobs' boek: Aan de slag met De Huishoudcoach, Opruimen, organiseren en huishouden voor iedereen. Forte, € 18,95

Bron van dit artikel: www.jmouders.nl 


Reacties