Kritisch zelfonderzoek

In een vorige blogbericht heb ik een hele lijst opgesomd. Laat ik het eens wat persoonlijker maken.
Ik heb namelijk een aantal streepjes gezet onder bepaalde woorden omdat ik deze fouten en onhebbelijkheden bij mijzelf herken. Soms ben ik een vleier, heb ik gebrek aan humor, ben ik hoogmoedig, een bemoeial, praatziek, trots, ondankbaar, ongevoelig, zelfingenomen en word ik graag door mensen geprezen.
Poeh, het valt niet mij eigenlijk dit zomaar openbaar te delen maar het kan mijn inziens ook geen kwaad mijn blogberichten eens iets persoonlijker te maken. En waarschijnlijk zijn er nog wel meer dingen waaraan ik mij schuldig maak, maar ik ben (nog) niet zover dat ik deze bij mijzelf herken.
Toch ben ik tot de conclusie gekomen dat er nog een heel belangrijk punt niet genoemd wordt in deze lijst. Zou het zijn omdat het geen zonde is of is de schrijver van deze lijst het gewoon vergeten? Ik denk het laatste.

Het gaat mij om de verzen uit Mattheüs 7: 1-5. De laatste weken lees ik 's morgens steeds een aantal verzen uit dit geweldige Bijbelboek en vanmorgen raakten deze woorden mij:

"Oordeelt niet, opdat gij niet geoordeeld wordt, want met het oordeel waarmede gij oordeelt, zult gij geoordeeld worden en met de maat waarmede gij meet, zal u gemeten worden. 
Wat ziet gij de splinter in het oog van uw broeder, maar de balk in uw eigen oog bemerkt gij niet?.....
Huichelaar, doe eerst de balk uit uw eigen oog weg, dan zult gij scherp kunnen zien om de splinter uit het oog van uw broeder weg te doen."

Het gaat mij om 'kritiek' geven. Wat ben ik hier soms snel mee. Ik denk soms precies te weten hoe een ander het moet doen. Voordat ik het weet is er alweer een mail of brief de deur uit met alle kritiekpunten keurig opgesomd. In de meeste gevallen is het wel opbouwend bedoeld, maar toch...
Ook is het nog zo dat ik de meeste kritiek geef aan de mensen die het dichtst bij mij staan. Ons gezin, vrienden, familie, gemeenteleden of collega's in het redactiewerk. Ik begin wel vaak met noemen van de positieve dingen maar de kritiek volgt niet lang daarna.
Ik ben blij dat ik er door dit stukje Bijbellezen op gewezen ben, hoewel het niet echt prettig voelt. De komende tijd wil ik, met hulp van God, mijzelf eens 'kritisch' onder de loep nemen. Waarom geef ik kritiek, wat wil ik ermee bereiken? Maar ook, wat zegt dit van mijzelf? Ben ik een huichelaar?

De komende tijd ga ik op dit gebied eens onderzoeken óf  en hoe ik deze balk verwijderen kan...


Reacties

  1. Deze reactie is verwijderd door de auteur.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Je bent eerlijk Wendy... dat is dan weer een goed punt :) Oordelen doen we snel ja. Op zich nog niet zo'n ramp, maar we moeten er dan wel rekening mee houden dat de maat die wij gebruiken ook voor ons gebruikt zal worden. Een beetje zelfreflectie van tijd tot tijd... daar ontkomen we niet aan als we de Bijbel lezen. Het proces van heiliging is spannend, maar niet altijd makkelijk. Soms wordt ons een spiegel voorgehouden en dat is schrikken! Persoonlijk herken ik wel veel van de dingen die je opnoemt. Ik vind mijzelf ook nogal eens te kritisch, ik erger me snel, ik heb soms weinig geduld, ik spreek soms voor ik nadenk... ja, echt waar. Een werk in wording, dat zijn we. Maar schuldgevoel... dat heb ik niet. Het besef van Gods liefde en genade heeft dat weggewist.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ha, zou leer ik jou ook weer een beetje beter kennen Marja.
      Dat laatste is mooi wat je schrijft. 1 Joh. 1:9 uit mijn vorige blogje blijf ik ook voor ogen houden ;)

      Verwijderen
  3. Ik vind het juist moeilijk om kritiek te geven. Dat doe ik nooit zomaar. Past niet bij mijn karakter denk ik. Mooi en boeiend om te lezen hoe jij dit ervaart. Zo heeft God voor alle karakters om aan te werken, denk ik.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ook voor mijzelf leg ik de lat soms (te) hoog. Ben ook erg kritisch voor mijzelf dus. Ook iets om eens over na te denken...

      Verwijderen
  4. Zo gezond om een spiegel voorgehouden te krijgen. De Bijbel roept meermalen op tot zelfonderzoek - maar niet leidend tot neerslachtigheid, maar juist tot hoop! Want slechts wat je erkent, daarin kan verandering komen. Ook ik ga niet gebukt onder allerlei schuldgevoelens - hoewel ik dagelijks slechte dingen in mijzelf herken, zoals bezorgdheid, irritatie, oordeel en kritiek, onbarmhartigheid, huichelarij (! brr) etc. Het hoopvolle is, dat ik er direct nuchter en hartgrondig 'afstand' van kan nemen: dit WIL ik niet, dit is mijn vlees/natuur, niet mijn gezindheid. Er komt een innerlijke tweedeling, een heldere lijn: ik sta met mijn gezindheid aan Gods kant, tegenover mijn vlees (dat zal immers nooit aan Gods kúnnen staan!). Dat is zo bevrijdend, om op het moment dat zoiets opkomt van binnen het te kunnen afwijzen in Gods kracht.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Fijn dat je een reactie achterlaat. Deze wordt eerst gecontroleerd dus het kan even duren voor je hem terugziet onder het bericht.